Liskamm Noordwand

 

Image
Met de broek op de knieen.

?Maarten, ik houd het niet meer!? Ik kijk tussen mijn stijgijzers door naar beneden en een ongemakkelijk gevoel bekruipt me. Dit is niet leuk! We staan op 600 meter boven de Grensgletsjer in de Noordwand van de Liskamm. Solo. Ik zeg nogmaals vertwijfeld: ?Maarten, ik houd het niet meer? en begin al seen razende richting de smalle rotsband rechts van ons te klimmen. ?Arjan, dat is niet handig?, roept Maarten me na. Ik kijk om. ?Maar ik MOET NU poepen!? Ons ijskonijn begint dus als een gek te doen waar hij goed in is: ijshakken. Het firn verdijnt razendsnel onder zijn hakkende pikkel. ?Kom even hier?,zegt ie, ?ik bouw een standplaats.? Ik kom naast hem staan en begin met paniek op mijn gezicht een mini plateautje uit te hakken in de 20 cm dikke firnlaag. Gezekerd aan twee ijsschroeven laat ik vervolgens mijn broek zakken en hurk met mijn gezicht de diepte in en mijn kont in het gat. Onmiddelijk begin ik mijn mening te herzien. Dit is wel leuk! Ik geniet er van met volle teugen. Maarten, die een halve meter naast me staat, gezekerd aan dezelfde ijsschroeven, geniet ook met volle teugen. Mijn kreten van opluchting doen een lach op zijn gezicht verschijnen.Als die Japanners uit de Gornergratbahn dat nu eens mee konden maken. Toen we gisteren uit Zermat vertrokken kwamen we in de Gornergratbahn een stel Japanners tegen die onze ijbijlen, touwen en ongeschoren geizchten met ontzag bekeken. Nadat ze een hoop ci-ha-mi-to en meer onverstaanbare klanken met alkaar hadden uitgewisseld kwam hun gids vragen welke berg we gingen beklimmen. De Liskamm, zeggen we. Lih-ka zegt hij na, en heeft nog steeds geen flauw idee waar we het over hebben. Het plaatje met Monte-Rosa panorama op het tafeltje in de trein biedt uitkomst. Het is maar goed dat ze mijn kapriolen nu niet gade hoeven te slaan.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

Affijn, als ik mijn broek weer opgetrokken heb en weer begin te klimmen merk ik dat we aardig hoog zitten. Twintig passen klimmen wissel ik af met een halve minuut uit hijgen. Ik slaag er zo in niet te vermoeid te raken en netjes te blijven klimmmen. Maarten heeft ondertussen onze standplaats afgebroken en klimt me achterna. Zijn tempo ligt veel hoger aangezien hij beter geacclimatiseerd is. E?n weekje Alpen was voor mij duidelijk niet genoeg om me klaar te stomen voor een wand tussen de 3700 en 4500 meter. Ondanks mijn vermoeidheid geniet ik intens van zowel het klimmen als het landschap. Maartens ogen spreken boekdelen. Ook hij heeft het prima naar zijn zin.

Image
Maarten en Arjan voor de Liskamm Noordwand

Vanochtend vroeg zijn we vertrokken vanuit ons tentje, wat nu geduldig op 3200 meter op de Grensgletscher op ons staat te wachten. In het donker zochten we onze weg omhoog over de met spleten doortrokken gletscher. Op 3700 meter verlieten we het het veel gelopen spoor wat doorloopt tot de Pizza Margharita Hutte, en sloegen rechts af richting Liskamm Noordwand. Vlak voordat we bij de voet van de wand aakwamen, gluurden Maarten en ik omhoog en vervolgens keken we elkaar aan. We waren compleet onder de indruk van de wand. De juiste lijn hadden we gisteren al uitgezocht, maar nu we daar dan ook werkelijk onder stonden, drong de ernst van de onderneming pas goed tot ons door. Achteraf gezien zijn we op zo ongeveer de moeilijkste plek over de randspleet geklommen. Maar ja, in het donker is dat een stuk moeilijker te beoordelen dan in het zonnetje met de klim achter de rug. Nadat Maarten met over de 90 graden blankijs instap heen heeft gezekerd (hij heeft het natuurlijk vrij geklommen) en we een meter of 50 onderweg zijn in de wand begin ik me goed te voelen. Ik klim zeker en de condities zijn perfect. De flow heeft me te pakken. Omkijkend zien we een aantal lichtjes vanaf de Margharita Hutte omlaag komen. Ze gaan heel snel en even denken we dat ze aan het skien zijn. Later blijkt dat dit niet het geval was. Ze komen regerecht naar de wand waar we inhangen. Als onze achtervolgers beginnen te klimmen zijn wij al een meter of 400 gevorderd. Dat ze niet inlopen op ons, ondanks onze sanitaire stop, stemt ons gerust. We klimmen in ieder geval niet erg langszaam.

Image
Wat is het leven toch slecht...

We passeren de abbruch van de hangende gletscher net links naast ons. Alhoewel onze route de objectief meest veilige route is op deze noordwand schuilt er in eventuele ijsslag uit deze abbruch wel degelijk gevaar. We bespreken dit kort terwijl we er voorbij klimmen. Maarten meent dat het gevaar wel meevalt. Het ongeluk wat 2 weken later op de Mont Blanc du Tacul gebeurt onderstreept echter het risico wat seracs boven een wand met zich meebrengen. De laatste honderd meter, waarbij we door een rotsband rechts van ons gedwongen worden schuin naar links te traverseren, is voor mij een ware bevalling. De hoogte wurgt alle kracht uit me. Als de topgraat in zicht komt, adem ik diep, raap al mijn vermogen bij elkaar en race de laaste twintig meter. Ik plof neer op de smalle topgraat en begin te kokhalzen. Maarten gaat naast me zitten. Ik geef over. En nog een keer. Er komt niks. Ik heb veel te weinig gegeten en de hoogte speelt me parten. Toch heb ik nog voldoende over om de paar meter naar het topkruis zeker te overbruggen. We geven elkaar een hand. Maar zoals altijd zet ik de feeststemming meteen weer uit mijn hoofd. We zijn er nog niet! We moeten nog naar beneden. Dit doen we over de normaalweg naar de Margharita Hutte. De firngraat die we overschrijden is op de meeste plaatsen maar twee voeten breed met aan beide kanten een afgrond. Die lijkt dan wel iets minder eng als je er net uit bent komen klauteren, maar ja, achthonderd meter naar beneden vallen is nog steeds geen optie. Concentreren dus. Ierdere stap naar beneden voel ik me beter en beter. Het uitzicht is fantastisch. Italie aan de ene kant, Zwitserland aan de andere. De Dufourspitze komt langszaam dichterbij en we kunnen nu de mierenhoop op zijn flank onderscheiden. We hadden het plan eventueel nog de hoogste berg van Zwitserland te overschreiden, maar de slang van mensen die daar in plonaise omhoog gaan en onze ietwat late timing doen ons anders besluiten. In het zonnetje lopen we aan touw over de Grensgletscher omlaag. Ik mis mijn skies. We krijgen nu enorm mooi zicht op de wand die we net geklommen hebben. Wat imposant! En wat zien we tot onze verbazing? Skie sporen. Een of andere racefreek is, dit hebben we vijf dagen geleden al van een gids gehoord, twee weken geleden de 55 graden wand afgeskied. Door de optimale lichtval konden we nog steeds zijn sporen zien. Het zonnetje schijnt en het wordt aangenaam. Als we bij onze tent aankomen wil Maarten meteen inpakken en wegwezen. Ik wil liever een beetje rust nemen. We hebben immers geen haast. Althans, dat denken we dan nog. Ik ga op de stenen stoel zitten die Maarten gisteravond met zijn overtollige ADHD energie heeft gebouwd. Hij sleept zijn matje uit de tent. Al snel snurken we als marmotten. Een uur later schrik ik wakker. Oh oh, het wordt nu tijd om weg te gaan. We pakken in razend tempo in en lopen naar de Monte Rosa Hutte. Daar aangekomen kijken we op het schema van de Gornergratbahn en Maarten stelt voor de trein van zeven uur te halen. Dat betekent dat we twee uur hebben om bij het station te komen. Dat is erg krap. We stormen weg. Twee gletscher overschreidingen later ben ik echt kapot. Maarten, waarom doen we dit eigenlijk? We kunnen toch ook een trein later nemen? Tot mijn stomme verbazing antwoordt Maarten: ?Maar dan eten we zo laat...? Ik ontplof. Ik loop me helemaal af te beulen omdat hij liever niet te laat wil eten..... De boosheid geeft me vleugels. Ik zeg bot: Ok, dan gaan we die trein halen! En ik storm weg. Maarten, conditie te over, volgt me soepel. De adrenaline stroomt door mijn aderen en ik stuiter over het wandelpad. Nog driehonderd meter omhoog! Rennen, rennen, rennen. Op tweederde ben ik al niet meer boos en zie het maar als een oversized training. De tijd tikt door. Het wordt echt krap! Ik zeg: ?Maarten, ren vooruit? Hij beult zich nu ook af en sprint me voorbij. Ik dender verder. Met nog 10 seconden over sprinten we het station binnen. Eenmaal in de trein ploffen we neer en kijken elkaar aan. Onze ogen twinkelen en onze verbaasde medereizigers zien twee grijnzen van oor tot oor, die in een tandpastareclame niet zouden misstaan.

Alpinism

Enjoying beautiful scenery whilst keeping focused. Pace, technique and improvisation are essential for Alpine adventures, just like a perfect planning and knowledge of the weather and local conditions.

On this page you read the stories about our Alpine tours in summer and winter.

 

A random climbing picture